Vergelijking van grenswaarden stikstofdepositie in Europa

Belangrijkste verschillen en observaties:

  1. Nederland vs. Vlaanderen:

    • Vlaanderen heeft een iets hogere grenswaarde (0,025 mol N/ha/jaar), maar ook daar zijn veel gebieden stikstofgevoelig. Toch is het beleid minder strikt dan in Nederland.
  2. Duitsland:

    • Duitsland hanteert relatief ruime grenswaarden (ca. 1 mol N/ha/jaar of meer), afhankelijk van de deelstaat. Dit maakt het gemakkelijker om vergunningen te verlenen voor projecten met stikstofuitstoot.
  3. Denemarken en Zweden:

    • Deze landen baseren hun beleid meer op overschrijding van KDW’s en richten zich op monitoring en mitigatie. Er zijn geen harde drempels zoals in Nederland.
  4. Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk:

    • Beide landen werken met milieueffectbeoordelingen (MER) om de impact van stikstof te beoordelen. Er is geen vaste drempelwaarde, maar projecten met significante bijdragen aan stikstofuitstoot worden streng beoordeeld.
  5. Flexibiliteit:

    • Veel Europese landen hanteren geen vaste drempelwaarden. In plaats daarvan ligt de nadruk op maatwerk en op het voorkomen van overschrijding van de kritische depositiewaarden (KDW).

Conclusie

Nederland heeft één van de strengste regimes in Europa als het gaat om stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden. De grenswaarde van 0,005 mol N/ha/jaar (onder het PAS) was uniek streng, en de huidige situatie zonder drempelwaarden maakt vergunningverlening vaak complexer. Landen zoals Duitsland en Denemarken hebben flexibeler systemen, terwijl Vlaanderen dichter bij de Nederlandse aanpak staat.

Maak jouw eigen website met JouwWeb